De koers van de Turkse lira staat weer fors onder druk door politieke spanningen in het land. Vorige maand werden de lokale verkiezingen in Istanbul gewonnen door Ekrem Imamoglu van oppositiepartij CHP, tot groot ongenoegen van president Erdogan. Imamoglu is al geïnstalleerd als burgemeester, maar de verkiezingen moeten toch opnieuw worden gehouden.
Dat bepaalde de Turkse kiesraad vandaag nadat Erdogans AK-partij een klacht had ingediend. Volgens de partij van Erdogan hebben zich onregelmatigheden voorgedaan bij de verkiezingen en zou zelfs de georganiseerde misdaad invloed gehad hebben op de stembusgang.
Lira onder druk
De nieuwe politieke onrust is ook meteen te voelen op de financiële markten. Maandag daalde de waarde van de lira met ongeveer 2 procent ten opzichte van de euro en de dollar. De waarde van de lira staat al langer onder druk. In februari moest 6 lira worden betaald voor een euro. Dat is inmiddels opgelopen tot ruim 6,85 lira.
Turkije kampt sinds maart voor het eerst in meer dan tien jaar weer met een recessie. Onder meer de waardedaling van de lira, gekoppeld aan de vele leningen die Turkse bedrijven hebben bij buitenlandse kredietverstrekkers, deed de Turkse economie geen goed. Ook de diplomatieke rel met de Verenigde Staten over de Amerikaanse predikant Andrew Brunson, die in Turkije in de cel zat, liet economisch zijn sporen na.
