Biotechbedrijf BPF uit Delft blijkt ten onder te zijn gegaan aan miljoenenverliezen. Het dochterbedrijf van DSM en de TU Delft boekte in 2020 en 2021 een verlies van bijna 10 miljoen euro.
Dat schrijft curator Emile ten Berge in het eerste faillissementsverslag van BPF.
Miljoenensubsidies
Bioprocess Pilot Facility (BPF) werd tien jaar geleden opgericht door DSM, voedingsbedrijf Corbion en de Technische Universiteit in Delft. Naast de aandeelhouders staken ook subsidiegevers als de Europese Unie, de provincie Zuid-Holland en gemeenten vele miljoenen in de faciliteit.
Bedrijven en universiteiten konden bij BPF testen of de biotechnologische processen uit het laboratorium op industriële schaal uitgevoerd kunnen worden. Daardoor speelde de faciliteit naar eigen zeggen een belangrijke rol bij de ontwikkeling van innovatieve technologieën voor een duurzamere productie van voedsel, materialen en chemicaliën.
Plots failliet
Eind november meldde RTL Z dat BPF plots failliet was gegaan. Dat bankroet kwam als verrassing, omdat het Delftse bedrijf eind 2021 nog beschikte over solide financiële buffers, en zelf had beweerd dat er geen zorgen waren over de continuïteit.

Uit het eerste faillissementsverslag van curator Ten Berge blijkt nu dat BPF afgelopen jaren opmerkelijk grote verliezen leed, zeker in vergelijking met de omzetten van het bedrijf.
Megaverliezen
In 2020 maakte het biotechbedrijf een verlies van ruim 4,7 miljoen op een omzet van 4,8 miljoen euro. In 2021 steeg het verlies naar ruim 4,8 miljoen bij een omzet van 5,1 miljoen euro. Dat betekent dat BPF voor elke euro omzet zo'n 96 cent verlies maakte. De resultaten over 2022 zijn nog niet bekend.
Hoe het mogelijk is dat BPF tien jaar na de oprichting nog zulke grote verliezen leed, is onduidelijk. Ten Berge zegt nog diepgravender onderzoek te moeten doen naar de oorzaken van het faillissement.
Ook zegt hij nog te werken aan een mogelijke doorstart van het bedrijf. "De afwikkeling van onderhavig faillissement zal geruime tijd in beslag nemen."
