Bedrijven, lokale overheden en controle-instanties doen te weinig om de gezondheid van omwonenden van industrie te beschermen tegen industriële uitstoot. Dat constateert de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) in een vandaag gepresenteerd rapport.
Volgens de Onderzoeksraad gebruiken lokale overheden en omgevingsdiensten niet alle beschikbare middelen om de uitstoot van de industrie te verminderen en bedrijven te houden aan bestaande normen en regelgeving. Ook toetsen zij gezondheidsrisico’s niet systematisch, en hebben zij niet altijd een compleet beeld van de uitstoot.
Tata, Chemours en APN
Het onderzoek van de Raad begon naar aanleiding van klachten van omwonenden bij Tata Steel in IJmuiden en werd later uitgebreid naar chemiebedrijf Chemours in Dordrecht en asfaltfabriek APN in Nijmegen.
De drie onderzochte bedrijven nemen volgens de onderzoeksinstelling 'doorgaans zelf weinig initiatief' om hun uitstoot meer te beperken dan is toegestaan in de vergunning.

De eenzijdige focus op de vergunning is volgens de Onderzoeksraad kwetsbaar. "Het is niet altijd voldoende om te zorgen dat de blootstelling van omwonenden aan schadelijke uitstoot laag genoeg blijft."
Bij staalmaker Tata constateerde de Onderzoeksraad dat het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW), de provincie Noord-Holland en de omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied bij de normering, de vergunningsverlening, het toezicht en de handhaving sterk leunen op de informatie en kennis van het staalbedrijf zelf. De overheden zijn dus deels overgeleverd aan het bedrijf dat zij moeten controleren.
Betere bescherming nodig
De OVV concludeert dat lokale overheden en omgevingsdiensten het huidige stelsel van vergunningverlening, toezicht en handhaving beter moeten inzetten om de gezondheid van omwonenden te beschermen. Zo moet 'vaker en meer systematisch' worden vastgesteld waaraan omwonenden precies worden blootgesteld en welke gezondheidsrisico’s dat met zich meebrengt.
Ook dringt de Onderzoeksraad er bij de staatssecretaris van IenW en het kabinet op aan om de lokale overheden te ondersteunen met onder andere kennis, capaciteit en uitvoerbare, eenduidige wetgeving.
Tata: 'gedegen rapport'
Staalproducent Tata zegt achter het 'gedegen' onderzoeksrapport te staan. "We omarmen de conclusie dat er een beter beeld moet komen van het effect van uitstoot van de industrie op de omgeving en dat nog meer gestuurd moet worden op het verminderen van deze effecten." Het staalbedrijf zegt de aanbevelingen van de OVV 'ter harte' te nemen.
Volgens de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied betreft de kritiek van het rapport grotendeels de situatie in het verleden, en wordt er tegenwoordig al beter geluisterd naar klachten van omwonenden en strenger opgetreden tegen Tata Steel.
Wel waarschuwt de handhavingsinstantie dat de wet- en regelgeving op milieu achterblijft en onvoldoende aansluit om de gezondheid van inwoners te beschermen.
'Delen Tata sluiten'
Volgens Greenpeace zouden de conclusies van Onderzoeksraad voor Veiligheid drastische gevolgen moeten hebben. "Dit rapport legt de vinger precies op de zere plek. Grote vervuilers en de overheid zitten bij elkaar op schoot en het klimaat, de natuur en omwonenden zijn de klos", zegt directeur Andy Palmen van Greenpeace Nederland.
Volgens de milieuorganisatie moet de overheid het eerst bij Tata ingrijpen, door 'de meest ziekmakende onderdelen' van de staalmaker te sluiten. "Pas dan geef je een signaal naar de omwonenden dat je hun gezondheid serieus neemt."