Ga naar de inhoud
Zaak verloren

Uber haalt weer bakzeil bij rechter: chauffeurs vallen onder cao

Een klant gebruikt de Uber-app. Beeld © Sipa

Taxi-app Uber heeft alweer een nederlaag geleden bij de Nederlandse rechter. Het bedrijf had een zaak aangespannen om onder de taxi-cao uit te komen, maar heeft die zaak verloren.

Dat blijkt uit een vonnis dat vandaag is gepubliceerd. Vorig jaar oordeelde een andere rechter al dat Uber-chauffeurs geen zelfstandigen zijn, maar werknemers. En daarom geldt de taxi-cao ook voor hen. Tegen die uitspraak is Uber in beroep gegaan, maar het bedrijf wedt op twee paarden. In de zaak waarin vandaag uitspraak is gedaan betoogt Uber dat - los van de vraag of chauffeurs werknemers of zelfstandigen zijn - de cao sowieso niet opgelegd mag worden aan Uber.

Een cao mag namelijk alleen algemeen bindend voor een hele sector worden verklaard als minimaal de helft van de werknemers in die sector al onder de cao valt. Volgens Uber is dat niet het geval voor de taxi-cao. De rechter gaf Uber vandaag dus ongelijk.

Niet zelfstandig

In de praktijk betekent dat dat de chauffeurs van Uber dus niet als zelfstandigen behandeld moeten worden, maar volgens de regels van de cao. Met alle rechten die daarbij horen, zoals cao-lonen, ontslagbescherming en bescherming bij ziekte. Het betekent ook dat Uber sociale premies moet gaan afdragen.

Uber
Lees ook:
Uber moet van rechter chauffeurs in dienst nemen

Uber verzet zich met hand en tand tegen het gedwongen in dienst nemen van de chauffeurs. Volgens het bedrijf biedt Uber slechts een platform waar zelfstandige chauffeurs en klanten aan elkaar gekoppeld worden. Maar volgens de rechter is dat niet waar.

Hoewel de chauffeurs op papier allemaal zelfstandige ondernemers zijn, gaat er van de app een 'disciplinerende en instruerende werking uit', oordeelde de rechter vorig jaar. Met andere woorden: de chauffeurs moeten gewoon doen wat Uber zegt, of wat het algoritme hen opdraagt, en daarmee zijn ze dus geen echte zelfstandigen.

Andere strategie

Uber is tegen die uitspraak in beroep gegaan, die zaak is nog niet behandeld. Ondertussen had het bedrijf dus een andere strategie bedacht om onder de cao uit te komen, namelijk door te betogen dat de cao nooit voor de hele sector afgesloten had mogen worden.

Volgens het ministerie werkt meer dan de helft van de taxichauffeurs in Nederland al bij een bedrijf dat de cao onderschrijft. En daarom mag er dus besloten worden dat de cao voor álle werknemers geldt (en dus ook voor Uberchauffeurs). Maar volgens Uber heeft het ministerie daarvoor niet de juiste cijfers gebruikt. Het bedrijf denkt dat slechts een kleine 48 procent van de taxichauffeurs in Nederland onder de cao valt, en dat die dus niet algemeen bindend verklaard mocht worden.

Maar vandaag oordeelde de rechter dus dat deze vlieger niet opgaat. Het is niet gebleken dat de minister daadwerkelijk op verkeerde gronden de cao algemeen bindend heeft verklaard, aldus de rechter.