Herstel bij grote pensioenfondsen, maar nog niet genoeg

De vijf grootste pensioenfondsen van het land staan er weer ietsje beter voor. In het eerste kwartaal van dit jaar steeg de rente en dat merkten pensioenfondsen ook. Het belangrijkste cijfer waarmee bepaald wordt of er gekort moet worden of niet, steeg.
Het draait allemaal om de zogenoemde beleidsdekkingsgraad, het cijfer waarmee pensioenfondsen laten zien in hoeverre ze in staat zijn om in de toekomst aan iedere deelnemer zijn pensioen te betalen.
Een dekkingsgraad van 104 procent betekent dat een pensioenfonds voor elke euro die het moet uitkeren, 104 cent of 1,04 euro in kas moet hebben. Een dekkingsgraad van 90 procent betekent dus dat een fonds maar 90 cent in kas heeft per euro die het heeft beloofd. Met andere woorden: te weinig.
'Alle hens aan dek'
Bij PFZW, het fonds voor zo'n 2,9 miljoen (oud-)medewerkers uit de zorg, is de beleidsdekkingsgraad 89,5. Dat is een stijging in vergelijking met die van eind 2020. Voor zorgmedewerkers was het een jaar 'van alle hens aan dek', aldus Joanne Kellermann, de bestuursvoorzitter van PFZW.
Het fonds werd óók hard geraakt door het virus, omdat beurskoersen onderuit gingen en dat heeft direct gevolg op de financiën. PFZW werd 'ongekend hard' geraakt, aldus Kellermann, maar er was ook 'een stevig herstel te zien'. "Maar we zijn nog lang niet waar we willen zijn", voegt ze nog toe om het belang van haast met het hervormen van het pensioenstelsel te benadrukken.

CPB waarschuwt jongeren: ga ook zelf sparen voor je pensioen
Bij ABP, het fonds voor zo'n 3 miljoen (oud-)leraren en ambtenaren, steeg de beleidsdekkingsgraad tot 89,8 procent.
De grootste fondsen
Ook bij PME, voor zo'n 627.000 (oud-)werknemers uit de metaal en techindustrie, goed nieuws: de dekkingsgraad steeg tot 94,2 procent. Bij PMT, waar nog eens 1,4 miljoen (oud-)metaalbewerkers zijn aangesloten, steeg de graadmeter tot 92,5 procent.
Bij BpfBouw steeg de beleidsdekkingsgraad tot 107,9 procent in de eerste drie maanden van het jaar. Dat is goed nieuws voor de 780.000 (oud-)bouwvakkers die voor hun oudedagsvoorziening zijn aangewezen op dit fonds.

Beurzen dik in de plus, verlaging meeste pensioenen in 2021 waarschijnlijk niet nodig
Als deze aan het einde van dit jaar onder de 104,3 procent is, dan kan het nodig zijn om de pensioenen volgend jaar te verlagen, waarschuwt PFZW. Dit vervelende scenario voor gepensioneerden hangt al enige tijd in de lucht, maar is tot nu toe bij de grote fondsen niet gebeurd.
Regels versoepeld
Dat is te danken aan coulance van - inmiddels demissionair - minister Wouter Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid, D66) die de grens vorig jaar én dit jaar verlaagde naar 90 procent.
Vanaf volgend jaar geldt weer de 104 procent-grens. Pensioenfondsen die er dan onder zitten, zullen dus moeten ingrijpen. Dat kan door op de pensioenen te korten, maar ook door de pensioenpremies voor werkenden te verhogen. Een aantal grote fondsen doet dit ook dit jaar.
Pensioenpremies flink omhoog: tot honderden euro's meer betalen
Het nieuwe pensioen: dit verandert er voor jou

Schrijf je in voor de Z First nieuwsbrief
Wil jij elke ochtend als eerste op de hoogte zijn van wat er speelt op economisch gebied? Schrijf je dan nu in voor de Z First nieuwsbrief.