Ga naar de inhoud
Yeşim Candan

Zijn wij watjes aan het worden?

Het aantal coaches in Amsterdam is in vijf jaar tijd verdrievoudigd, meldde de krant Het Parool laatst. "Niet meer genoeg mensen die iets kunnen repareren, een trein op tijd kunnen laten rijden, bejaarden kunnen verzorgen of aangiftes kunnen opnemen, maar gelukkig wel 270 procent meer coaches dan vijf jaar eerder in dit verdwaalde land", schreef journalist Kitty Herweijer op Twitter. Bij mij borrelde direct de irritatie op bij het lezen van dit nieuws. Tegenwoordig is iedereen maar coach. Van spiritueel- tot wandelcoach, je kunt het zo gek niet bedenken.

Nu ken ik het beroep van coach heel goed. Ik heb zes jaar voor een centrum gewerkt waar coaches en trainers leiderschapstrainingen gaven aan (top)managers in het bedrijfsleven. Als leider moest je dan reflecteren om te kijken waar de blinde vlekken zaten, zodat je beter kon leidinggeven. Na alle horrorberichtgeving over mensen die werkzaam zijn of waren in de media en een tiran als baas hadden, vraag ik me af of de leidinggevenden van deze mensen zo'n training hadden gevolgd.

Kunnen we niet meer tegen een stootje?

Of zijn wij watjes aan het worden? Kunnen we niet meer tegen een stootje? Want laten we eerlijk zijn: alles wat die coaches willen, is dat je het rustig aan doet. Ze zijn vooral op zoek naar waarom je over je grenzen gaat. We willen toch geen zesjescultuur?

Want ja, ik heb gewerkt met een longontsteking toen ik destijds de lijst van 50 invloedrijkste Nederlandse Turken lanceerde. Ik kon dit evenement moeilijk gaan verzetten, het was al zo lang van tevoren gecommuniceerd. Ook toen ik onlangs hard op mijn hoofd viel − ik raakte bewusteloos – heb ik gewoon doorgewerkt. In het ziekenhuis checkten ze of ik geen hersenbloeding had. "Ja, ja", riep ik, "maar ik moet weer aan het werk." Overigens waren de mensen die me vooral op het hart drukten om het rustig aan te doen, ook mensen die in loondienst werken. Iedere zelfstandig ondernemer weet dat je het niet rustig aan kunt doen, zeker niet als je alleenstaand bent en kinderen hebt.

Je kunt er echt doodziek van zijn.

Mijn vriendin uit Istanbul vroeg mij ooit, toen ze bij mij op bezoek was, wat een burn-out is. "Iedereen in Nederland heeft het over burn-out dit en burn-out dat." Ik zei: "Dat is als je helemaal opgebrand bent en daardoor niet meer kunt werken." "O", antwoordde ze, "dat geldt voor iedereen in Turkije." Ze vroeg wat er dan gebeurde. Ik vertelde: "Dan meld je je ziek bij je werkgever en krijg je gewoon uitbetaald. Ondertussen word je gecoacht, zodat je weer 'in je kracht' komt."

Nu wil ik het hebben van een burn-out overigens niet kleineren. Je kunt er echt doodziek van zijn en voor langere tijd uit de running raken.

De enige in mijn omgeving die trouwens wel een coach nodig heeft, is mijn kat Bliksem. Hij schijnt depressief te zijn en plast overal in huis. Echt alles heb ik al geprobeerd, tot het vullen van iedere hoek in mijn huis met aluminiumfolie, zodat hij daar niet kan plassen. Maar Bliksem vindt altijd wel een plek. De dierenarts keek mij ernstig aan en zei: "Hij moet aan de antidepressiva."

Enfin. Ik zoek dus nog een goede kattencoach, zodat Bliksem weer in zijn kracht komt.

Yeşim lanceerde de term 'bicultureel' in de Nederlandse taal als alternatief voor 'allochtoon' en vindt een tweede cultuur een kracht en een meerwaarde voor het bedrijfsleven.