De stilte rond Stan Storimans
Is het tijd om op te houden over de dood van RTL Nieuws-cameraman Stan Storimans? Hij stierf vandaag tien jaar geleden in de storm van kogeltjes en scherfjes. Het was toen oorlog tussen Georgië en Rusland.
Ja, de tijd verzacht de pijn en ik deel de behoefte aan afronding. Maar kunnen we afscheid nemen zonder dat er verantwoording over zijn dood is afgelegd? Stan zou het antwoord wel weten.
12 augustus brengt me terug naar de onheilsdag. Stan en ik weten van elkaar dat geen verhaal het ons waard is om voor te sterven. We spreken het wederzijdse vertrouwen nog maar eens uit voor vertrek naar Gori. Een paar uur later sterft cameraman Stan Storimans voor het verhaal over achtergebleven burgers in Gori. Een raket werpt een clusterbomlading af die twaalf burgers, onder wie Stan, heeft gedood. Er is in de verste verte geen militair doel in zicht, alle Georgische soldaten hebben zich de avond ervoor uit de stad teruggetrokken.
U denkt misschien dat Stan pech heeft gehad, risico van het vak. Maar vergeten wordt dat we plechtig met elkaar hebben afgesproken dat militairen geen burgerdoelen onder vuur mogen nemen. Nee, ook niet in oorlogstijd. Volgens artikel 2 van de Mensenrechtenconventie hebben burgers ook dan een recht op leven. Noem het beschaving. Landen als Nederland en Rusland hebben de Conventie ondertekend, juist ook om van het brute oorlogsverleden te leren. De dood op het plein in Gori is dus een ordinaire oorlogsmisdaad en bovendien een schending van afspraken. De vraag is dan of je het erbij moet laten zitten. Ik vind van niet.
Documentaire De zinloze moord op cameraman Stan Storimans, zondagavond 12 augustus 23.00 uur, maandag 13 augustus om 21.30 uur op RTLZ en vanaf zondag via Videoland.
Stan en ik zijn elkaar kwijtgeraakt in de eenzaamheid van de explosie. De dood kamt in stilte over het plein. Stan wordt achter mijn rug geveld. Ik kijk niet om maar op, alsof ik wacht op mijn beurt. Pas als ik dekking zoek achter het voorwiel van een Lada word ik laag bij de grond geraakt. De inslag voelt als een spijker die in mijn been wordt geslagen en punaises die in mijn schouder en mijn knie worden gedrukt. Ik plet mijn neus in het gruis op het asfalt. Een verblindende stofwolk trekt langzaam op. Er gaat rust vanuit. De stilte in mijn hoofd wordt pas doorbroken door een scherp knetterend geluid. Dit is niet het brute geweld dat ik ken van de oorlogen in Tsjetsjenië, Abchazië of het voormalige Joegoslavië. Nee, het klinkt als in de schiettent op de kermis van Laren. De dood doet zich onschuldig voor.
"Ik zie verwondingen maar geen bloed. Ik praat op het lichaam in, de dood mag Stan niet hebben."
Ik lig. Ik ben. Er suizen vraagtekens in mijn hoofd. Wie? Wat? Mijn been trekt en mijn lichaam schokt, maar ik leef. Stan? Ik kruip achter de auto vandaan. Nu pas durf ik om me heen te kijken. Stan! Hij ligt met zijn gezicht naar mij gericht. Och jochie. Ik zie verwondingen maar geen bloed. Ik praat op het lichaam in, de dood mag Stan niet hebben. Een paar meter verder ligt onze Israelische collega Zadok Yechezkeli met zijn fototoestel binnen handbereik. Ik voel geen leven. Gewonden struikelen in verwarring over het plein. Gekerm. Hitte. Geschreeuw. Is de aanval voorbij of hoor ik in de verte nieuwe beschietingen? Stan!? Ik ben heel dichtbij hem. Het voelt alsof hij me moed inspreekt: "We moeten ophoeren, gek!" Hij geeft geen teken van leven, maar ik blijf met hem in gesprek. Ik vind de gek in mij om ons van het plein te leiden. Samen uit, samen thuis. Zo hebben we het met elkaar afgesproken.
Pas tijdens de begrafenis in de erehaag van cameramensen voor Stan durf ik het besef van zijn dood toe te laten. De media delen in de rouw en het verdriet, maar ze zijn niet toegekomen aan de waarheidsvinding. Dat kan ik niemand kwalijk nemen, ik ken de mechaniek van de journalistiek. Ook de dood van Stan staat niet boven de ongeschreven vertelwetten. Dus de toedracht legt het al snel af tegen de emotie en vervolgens zakt de urgentie weg, als is het een oud verhaal.
Ik trek me terug uit mijn bestaan als journalist. Niet bewust, maar ik kom nergens meer opdagen. Zinloos. Het bericht dat een Nederlandse regeringsmissie eind augustus 2008 op onderzoek naar Georgië wordt uitgestuurd, gaat grotendeels langs me heen. Onder leiding van oud-ambassadeur Jacobovits de Szeged komt de missie in oktober 2008 tot de conclusie dat de Russische strijdkrachten verantwoordelijk zijn voor de dood van Stan. Geen twijfel.
Ik zit thuis maandenlang ingemetseld achter de stenen van mijn bestaan, kom er maar niet uit. Wie in oorlogsgebied woont of rondloopt, weet hoe dun het leven is. Maar gebruik je het besef om voortaan in je bed te liggen of juist om het leven te vieren? Ik heb lang geen antwoord.
Er is geen tijdstip van opstaan geweest, maar met hulp van mijn familie, vrienden en RTL Nieuws-collega´s breek ik de muur steen voor steen af. De lange hersteltijd is nodig geweest om hardop te kunnen zeggen dat de ervaring me gesterkt heeft. Ik moet wel want ik weiger om voortaan gebukt door het leven te gaan.
Bij herstel ontkom ik niet aan een terugkeer naar Gori, waar burgers wonen die nog dagelijks onder de gevolgen van de oorlog lijden. Gesprekken met hen en de waarheidsvinding helpen me bij de relativering en verwerking van de oorlogservaring. Vragen stellen als vorm van therapie, voor mij werkt het. Een jaar na de dood van Stan concluderen we in onze RTL Nieuws-documentaire dat uitsluitend Rusland aansprakelijk is voor de dood van Stan en elf burgers.
Bekijk hier de documentaire:
Click here for the English version.
In 2009 zocht Jeroen Akkermans in Georgië naar de antwoorden op alle vragen rondom de dood van Stan Storimans.
Maar Rusland ontkent. Nee, ontkennen is geen Russisch trekje. Oorlogmisdadigers zijn er traditiegetrouw op uit om de waarheid een loer te draaien. Meestal komen ze ermee weg, want recht halen bij lieden die vuil spel spelen is confronterend, soms vernederend en altijd vermoeiend. Het geduld wordt zelden beloond. De kans op een veroordeling van een oorlogsmisdadiger is klein. Het onrecht blijft onderweg ergens in het verleden bungelen. Vroeg of laat zijn we geneigd er niet meer naar om te kijken.
"Is het zo langzamerhand geen tijd er een punt achter te zetten, Jeroen? Ik begrijp de vraag, soms stel ik hem zelf."
En de waarheid dan? Waarheid is als vis, die willen we vers voorgeschoteld krijgen. Maar na tien jaar begint het verhaal over Stan, waarheid, recht en onrecht te trekken, alsof er een luchtje aan zit. Is het zo langzamerhand geen tijd er een punt achter te zetten, Jeroen? Ik begrijp de vraag, soms stel ik hem zelf. De langdradigheid van de internationale rechtsgang maakt dat oorlogsmisdaden bij uitstek geschikt zijn om te ontkennen.
De ontkenning volgt traditiegetrouw snel op de oorlogsmisdaad, als het emoties stormt. De Russische pers is er als eerste bij om verwarring over de toedracht in Gori te schoppen. De door het Kremlin gesponsorde online pers, Lifenews, verzint een paar uur na de dood van Stan dat hij bij een auto-ongeluk moet zijn omgekomen omdat er twee autowrakken op het plein te zien zijn. Het propagandamedium Lifenews moet het hebben van oorlogstaal.
Daarna is het de beurt aan de autoriteiten. Drie dagen na de dood van Stan liegt de woordvoerder van de Russische Strijdkrachten, kolonel-generaal Anatoli Nogovotsin, dat Rusland tijdens de Vijfdaagse Oorlog in Georgië nooit clustermunitie heeft ingezet. Hij doet er nog een schepje bovenop: "Er was geen noodzaak toe." Een dag later verdraait hij de waarheid iets subtieler door officieel te verkondigen dat het Russische leger geen Iskander-raket heeft ingezet in Zuid-Ossetië. Klopt. Gori ligt in Georgië, toen op ruim 20 kilometer van het front in Zuid-Ossetië.
In april 2009 oppert de toenmalige president van Rusland en opperbevelhebber van de strijdkrachten, Dmitri Medvedev, bij ons in Nederland dat we de daders maar in Georgië moeten zoeken omdat de Georgische autoriteiten de inzet van clustermunitie inderdaad hebben toegegeven. Niet in Gori, maar zo werkt oorlogspropaganda: ieder woord van de vijand kan en zal tegen de vijand gebruikt worden.
Het plein in Gori vlak nadat het getroffen was door een clusterwapen. (Foto: AFP)
Medvedev verwerpt de vernietigende conclusie van de Nederlandse regeringsmissie van oktober 2008 en belooft een onderzoek naar de toedracht om het gelijk van Rusland te bewijzen. Het is een diplomatiek trucje om de waarheid in oude kranten te verpakken, want vervolgens keert de stilte rond Stan weer terug. Nederlandse diplomaten hebben jarenlang tijdens bilaterale ontmoetingen in Moskou naar het beloofde tegenonderzoek gevraagd. Met de ontkenning lappen de Russen immers ook het onderzoek van de Nederlandse regering aan hun laars. Maar Moskou geeft niet thuis. Pijnlijk voor de Nederlandse regering, maar de loze belofte is Den Haag geen diplomatieke rel met Rusland waard. Daar verandert de dood van Stan niets aan.
Bijna vijf jaar later verkondigt premier Rutte dat president Poetin na bezoek aan Nederland aan hem heeft verteld dat wat Rusland betreft 'het boek Stan Storimans' definitief is dichtgeslagen. Alsof de enige verdachten van een oorlogsmisdaad zelf kunnen bepalen wanneer vervolging niet langer aan de orde is.
"Probeer een oorlogsmisdadiger maar eens voor de rechter te slepen."
De publieke reacties van de hoogste macht in Rusland kun je opvatten als een succesje want meestal gaat het oorlogsmisdadenboek geruisloos dicht. Probeer een oorlogsmisdadiger maar eens voor de rechter te slepen. Sporenonderzoek aan het front komt niet of veel te laat op gang. Het ontbreekt aan foto-, video-, en forensisch bewijs. De identiteit van het moordwapen is niet onmiskenbaar te herleiden tot één van de strijdende partijen. Er zijn geen ooggetuigen. Zelden hebben journalisten de inslag zelf gezien. Kortom, de aanwijzingen voor een oorlogsmisdaad zijn al snel te dun voor een vervolging van de oorlogsmisdadiger. Geen beginnen aan.
Maar de oorlogsmisdaad in Gori is de uitzondering op de regel.
Ten eerste is er duidelijk sprake van een oorlogsmisdaad. De volledige aftocht van Georgische militairen uit Gori de avond voor de bomaanslag is door meerdere bronnen gedocumenteerd. Met het verlaten van de troepen is Gori op 12 augustus geen militair doel meer en met de aanval op het plein begaat Rusland een oorlogsmisdaad. Geen twijfel mogelijk.
Daarnaast is er bewijs van de aanval op burgers en kan er maar één dader zijn. De inslag van de Iskander-raket en de ontploffing van de clusterbom is op drie bewakingscamera's uit meerdere hoeken vastgelegd.
Meerdere journalisten hebben vlak na de aanslag de Iskander-raketdelen en de clusterbomschade gefilmd en gefotografeerd. Daarnaast bestaat er forensisch bewijs van resten van het moordwapen, waarvan de sporen uitsluitend naar de Russische strijdkrachten leiden. En inderdaad, ik stond met de Israelische journalist Zadok Yechezkeli naast Stan op het plein. Zadok is doorzeefd met clustermunitie, maar kan het nog navertellen. Uit de autopsie op het lichaam van Stan blijkt dat onder andere clustermunitie hem meteen fataal is geworden. Voor wie toch nog twijfelt, ik heb nog steeds de bewijsstukken in mijn ledematen, in de vorm van een clusterkogeltje en meerdere scherfjes. Rusland is er gloeiend bij. Alweer; geen twijfel mogelijk.
Met zoveel bewijs in handen is de zaak-Gori een principe-zaak geworden. Want als zelfs overtuigend bewijs niet genoeg is voor een vonnis, wat vertelt dat ons over de geloofwaardigheid van de internationale rechtsorde? Zeg het maar.
Met desastreuze gevolgen want bevelhebbers zullen het uitblijven van een vonnis opvatten als weer een bevestiging dat er straffeloos op burgers gevuurd kan worden. Het internationale recht blijft bij de goede bedoelingen van de Gutmensch. Mooi, maar je koopt er niets voor.
De Russische delegatie heeft onlangs van de gelegenheid gebruik gemaakt tijdens een hoorzitting van een rechtszaak tussen Georgië en Rusland bij het Hof van de Mensenrechten in Straatsburg om de duimschroeven op de waarheid over de dood van Stan aan te draaien. De focus wordt gemanipuleerd. Hoe? Door theorieën over de toedracht die niet bij voorbaat 100% onmogelijk zijn op tafel te leggen. Rusland houdt het op een fatale mortieraanval in Gori. Ok, maar advocaat Michael Swainston waagt niet eens een poging om bewijs voor deze lang achterhaalde stelling te leveren. Hij heeft niets in handen. Toch komen de Russen met het 'mortier-scenario' op de proppen omdat een mortiergranaat van elke oorlogspartij afkomstig kan zijn, een clusterbom uit een Iskander-raket niet. Ook de Russen betwisten niet dat elk Iskander-spoor uitsluitend naar de Russische strijdkrachten leidt.
"U en ik zijn geneigd om af te haken, maar het blijft de vraag hoe rechters erop reageren."
De Britse advocaat van de Russen moet dan wel de aangetroffen Iskander-delen in Gori zien te verklaren. Het rookgordijn verschijnt hier in de vorm van een sprookje: Volgens de jurist zouden de raketdelen van het enorme testterrein van raketten in Rusland afkomstig kunnen zijn en ruim 1000 kilometer verderop in zuidelijke richting rond het plein in Gori 'met hulp van de Amerikanen' stiekem geplant kunnen zijn. U en ik zijn geneigd om af te haken, maar het blijft de vraag hoe rechters erop reageren. Zo is weer een potentiele kiem van twijfel gezaaid.
Advocaat Swainston gaat nog even door. Hij tracht ook de betrouwbaarheid van de getuigen en het foto- en videobewijs onderuit te halen. Ik citeer: "De heer Akkermans van RTL zegt dat de taxi op het plein doorzeefd was met kogeltjes van een Iskander. Dat kunnen we nu natuurlijk niet meer onderzoeken. Maar er zijn geen kogelgaatjes te zien in de taxi op de eerste foto´s en video's." Van een afstand zie je geen gaatjes als je ze niet wilt zien. Maar drie dagen na de aanval heb ik in Tblisi meer foto's genomen van de inslagen in de auto, alsof ik een voorgevoel had. De grootste inslagen vliegen dwars door de ruit en de startmotor.
De advocaat zou zich niet laten kennen als ik het fotobewijs in de rechtbank had kunnen presenteren. De tactiek is om net zolang aan schakeltjes te peuteren tot de ketting van bewijs breekt.
Hij probeert ook de feiten rond de dood van Stan tot nepnieuws te bombarderen. Swainston betwijfelt zelfs de sterfdatum van Stan. "We hebben een Russisch forensisch rapport dat duidelijk maakt wat we allemaal weten. In metadata is de datum het meest beinvloedbare en onbetrouwbare gegeven. Iedereen kan een foto dateren door de datum op de camera of telefoon te resetten." Hij suggereert daarmee dat er een complot gaande is waarin ik reden zou kunnen hebben om te liegen over de sterfdag van Stan. De advocaat presteert het zelfs om niet uit te sluiten dat er met het lichaam van Stan is gerommeld. Ik vond het vernederend om te horen, maar ik houd het er maar op dat de Brit goed betaald wordt om alle grenzen van fatsoen te doorbreken. Het doel heiligt de middelen.
De absurditeit van de verdedigingslijn bevestigt eens te meer de noodzaak om Rusland over deze zaak aan de tand te voelen. Ja, dan stuit je op juridische molens die uiterst langzaam malen en krijg je te maken met een beschuldigde die geen greintje respect toont voor de slachtoffers. Onze zaak tegen Rusland is nog steeds niet voor de rechter gekomen. Maar het verzet kan toch geen reden zijn om ermee op te houden? Doe gerechtigheid voor Stan dus niet af als mijn obsessie met mijn oorlogsverleden. Nee, pas als we de schouders ophalen wordt onrecht in oorlog onvermijdelijk.
De zaak-Stan gaat ons allen aan en de zaak-Stan is in potentie sterk genoeg voor minstens een vonnis. Ik laat de emoties daarbij zoveel mogelijk buiten beschouwing. Wie gelooft in de internationale rechtsorde, de rechtsstaat en de mensenrechten, kan niet onverschillig staan ten opzichte van onze zaak. Het Kremlin móet over de bomaanslag in Gori ter verantwoording worden geroepen, wanneer dan ook.
Alsnog een bekentenis van Rusland zit er niet in. Maar of het 10, 20 of 30 jaar geleden is dat de Russische strijdkrachten Stan en elf burgers onder vuur hebben genomen, het verstrijken van de tijd doet niets af aan de ernst van de oorlogsmisdaad en de schuld van de daders. Laat Rusland maar hopen dat de aanklacht na verloop van tijd vanzelf in een wak belandt.
U begrijpt, de tijd is nog niet daar om afscheid te nemen van de dood van Stan. Eerst gerechtigheid. Laat de ontkenning van de oorlogsmisdadiger niet het laatste woord zijn.
Ik drink vandaag een paar biertjes met Stan en hoor de schuine moppen aan van de cameraman die zo dichtbij mij stond. Stan is gestorven voor het verhaal dat nog niet is afgerond.